Al jaren is er onduidelijkheid over de berekening van de watervoorraad. Persoonlijk ben ik er al jaren mee bezig om dit verduidelijkt te krijgen.
Dat onduidelijkheid komt voornamelijk door ongelijkheid tussen de normen; NFPA, EN FM en het Certificatieschema VBB-installaties.
Die onduidelijkheid is nu grotendeel weggenomen door de bepaling van de watervoorraad, voor alle normen gelijk te trekken.
Onderstaande afspraak (Interpretatiebesluit deskundigenpanel VBB-systemen: 2022-02) is door het CCV gepubliceerd.
Onderwerp: Inhoud watervoorraad
Vraag
Hoe moet de minimale watervoorraad voor een vbb-systeem worden bepaald?
Antwoord
De minimale watervoorraad is de hydraulisch ongunstigste volumestroom maal de vereiste
sproeitijd.
Toelichting
Voordruk = Druk aan de zuigzijde van de pomp relatief ten opzichte van de atmosferische druk.
Netto watervoorraad per werkpunt = de volumestroom maal de bijbehorende vereiste sproeitijd.
De minimale netto watervoorraad is de hoogste waarde uit alle netto watervoorraden.
Als alle sproeitijden in een sprinklerinstallatie gelijk zijn is de minimale netto watervoorraad de meest ongunstige volumestroom maal de vereiste sproeitijd.
De watervoorzieningscurve is de pompcurve met voordruk van de watervoorraad.
De voordruk van de watervoorraad neemt gedurende de sproeitijd af omdat het waterniveau lager wordt.
De gemiddelde situatie gedurende de volledige sproeitijd wordt benaderd door te rekenen met de helft van de voordruk bij volle watervoorraad.
Uitzonderingen
Open systemen zoals deluge en lichtschuim
Het volledige ‘sproeivlak’ moet worden berekend. De volumestroom volgend uit het
snijpunt van de K-lijn met de watervoorzieningscurve moet worden vermenigvuldigd met de
vereiste sproeitijd.
Watertoevoer met een te lage voordruk, zoals een (drink)waterleiding
De hydraulisch gunstige sproeivlakken moeten worden meegenomen bij het bepalen van de
watertoevoer om te voorkomen dat deze voorzieningen (deels) dicht vallen.
Bronpompsystemen
De hydraulisch gunstige sproeivlakken moeten worden meegenomen bij het bepalen van de watertoevoer.
Hi Richard,
Dat kan dus nog wel steeds betekenen dat een gunstig sproeivlak bij de watervoorziening het meest ongunstige hydraulische volumestroom punt kan zijn?
Hi MAthijs. Dat klopt maar daar hoef je geen rekening mee te houden als je de omvang van de watervoorraad bepaalt.
NEN 12845
Wordt het gunstig sproeivlak niet meer gevraagd voor NEN installaties?
3.35
maximumsproeivlak, hydraulisch gunstigst (3.10)
plaats in een sprinklerverdeling van een maximumsproeivlak van gespecificeerde vorm waar het debiet
maximaal is bij een specifieke druk gemeten ter plaatse van de alarmklepopstelling
3.36
maximumsproeivlak, hydraulisch ongunstigst (3.11)
plaats in een sprinklerverdeling van een maximumsproeivlak van gespecificeerde vorm waar de druk van de
watervoorziening gemeten ter plaatse van de alarmklepopstelling maximaal is om de benodigde ontwerpsproeidichtheid te geven
Dus alleen nog ongunstige sproeivlakken per verdieping of bouwdeel?
FM en NFPA
Volgens besluitenlijst werkpunt x sproeitijd dus geen snijpunt met curve!
2.9 NFPA, FM, Inhoudsbepaling watervoorraad
[nfpa/fm] Bij NFPA/FM installaties dient de hydraulisch berekende vereiste waarde maal de sproeitijd te
worden gehanteerd voor de bepaling van de vereiste hoeveelheid water. Er hoeft dus geen rekening te
worden gehouden met het snijpunt van de K-lijn en de pompgrafiek. Bij hybride systemen moet wel het
snijpunt (gebaseerd op opvoerhoogte, dus zonder voordruk tank) worden aangehouden voor het bepalen
van de vereiste hoeveelheid. Dit is vast gelegd in het deel hybride systemen bij de LPS1233. De inhoudsbepaling van de netto watervoorraad volgens NFPA/FM is het laagwaterpeil tot bovenzijde antikolkplaat.
1.0 Niet vastgelegd
Wijziging formulering:
De netto beschikbare watervoorraad moet bij NFPA en FM installaties én hybride installaties als volgt
worden berekend:
a. van elke hydraulisch ongunstigst gelegen sproeivlak moet de vereiste hoeveelheid water worden bepaald door de volumestroom op het snijpunt van de pompgrafiek met de K-lijn van het betreffende sproeivlak te vermenigvuldigen met de vereiste sproeitijd
b. de netto beschikbare watervoorraad dient ten minste gelijk te zijn aan de grootste waterhoeveelheid
zoals berekend onder (a).
De inhoudsbepaling van de netto watervoorraad volgens NFPA/FM is het laagwaterpeil tot bovenzijde antikolkplaat.
Toelichting: besluit in overeenstemming gebracht met VBB certificatieschema 2012, versie 1.6
1.0 10/2014
mvg Richard Nitert
Goedendag Richard,
Dat klopt het gunstig sproeivlak hoeft niet meer meegenomen worden bij het bepalen van de watervoorraad. Dat is goed nieuws voor de hybride installatie in NL met een NEN watervoorziening.
Het klopt ook dat andere regelgeving, b.v. besluitenlijst, certificatieschema e.d. , hierop nog geactualiseerd moeten worden.